Mijn academische opleiding prentte me in: gij zult kritisch zijn. Mijn spirituele zoektocht hamerde erop: je moet van jezelf houden. Vermoeiend hoor, en eenzaam soms ook. De laatste tijd probeer ik van mezelf te laten houden. Voorzichtig, en zonder waarom.
In mijn jongere jaren werd ik gevormd door middelbare school en universiteit. Zelfstandig kritisch leren denken was daar het hoogste doel. Meer nog dan de inhoud van je weten ging het erom dat je kon verantwoorden hoe je het te weten was gekomen. Een kostbare verworvenheid.
Zo rond mijn veertigste wilde ik verder studeren. Niet academisch, maar van het leven. Ik meldde me aan bij een school voor levenskunst, want ik wilde dingen leren die ik doodeng vond: me spontaan uitspreken, mijn lichaam voelen, mijn emoties uiten, dansen, belachelijk zijn. Ik wilde meer vrede ervaren met wat er is en wie ik ben. Ook deze leerschool werd me dierbaar.
Ik kan ook last hebben van beide leerscholen. Altijd maar kritisch denken, altijd maar vragen ‘waarom is dat zo’? Het denken kan je weghalen uit de ervaring en je laten verdwalen in je hoofd. In spirituele kringen wijst men daar steeds op. De remedie is daar: ervaar en aanvaard het maar, in liefde. Je moet van jezelf houden, anders kun je alleen behoeftig van een ander houden.
Bij mekaar is dat soms best een hoop werk. En echt goed kun je het niet doen. Aan het begin van de zomer zat ik aan het water en schouwde dit circus van gedachten aan: iets bij mezelf opmerken – er kritisch naar kijken en een waaromvraag zien opkomen – mezelf terug naar de ervaring dwingen – mezelf tekort voelen schieten. Wat een poppenkast. Wat een verslaving.
Ik zou op vakanties gaan, de eerste met een goede vriend en onze twee kinderen, de tweede met mijn lief en onze zoon. Opeens kon ik me niet voorstellen dat zij net zo druk met mij zouden zijn als ikzelf. Sterker: ik had de indruk dat zij zich er simpelweg op verheugden om met mij op stap te gaan. Eigenlijk net zoals ik me op hen verheugde.
Ik beloofde het water – dat ook bar weinig van me vond, hoewel het krioelde van leven – dat ik deze zomer meer zou ‘leven zonder waarom’, zoals Meister Eckhart dat noemde. Ik zou de vriendschap en liefde van mijn reisgenoten vertrouwen. Ik zou van mezelf laten houden.
En als de kritische waaromvrager zich zou melden, zo sprak ik af, dan kreeg hij een autoreply. ‘Dank voor uw melding, ik ga er echter niet op in, want ik ben deze zomer aanwezig.’
Het is een heerlijke zomer.