Ik geloof niks

Ik denk na over wijsheid en vergrijzing en doe dat ook als gelovig mens. Dat valt in onze cultuur niet mee, want voor je het weet gaat het over moraal en dogma’s. Over wat je gelooft, en niet dat je dat doet.

‘Maar geloof jij dan?’ Die vraag krijg ik – als ‘beroeps’ nogal eens te horen. Vaak word ik er een beetje baldadig van. ‘Heel erg’, zeg ik wel eens. ‘En het wordt alsmaar erger’.

Het is raar om van ‘het’ geloof te zijn, in Nederland in onze tijd. Het lastige zit hem erin dat geloof in Nederland – en misschien ook daarbuiten – meteen wordt gelijkgesteld met dogma’s en met moraal: met overtuigingen. Alsof je altijd iets gelooft.

Dat misverstand leeft zowel binnen als buiten de kerken. Als het ergens over geloof gaat, gaat het meteen over ideeën: over wat waar en onwaar is; over wat goed en fout is; over het kerkelijk systeem en over de liturgie.

Maar daarmee missen we een essentieel onderdeel of zelfs voorwaarde ervan: geloof is een houding om te vertrouwen wat er op je pad komt, of dat nu vrolijk maakt, droevig stemt, verwart of onthutst. Geloven is: jezelf toevertrouwen aan het leven zelf.

De mensen van wie ik het meeste leer, zijn mensen die dit belichamen en daarmee voorleven. Daarbij kunnen ze allerlei overtuigingen hebben: katholieke, christelijke, boeddhistische, joodse, islamitische en holistische. Soms hebben ze zelfs helemaal geen geloofsinhouden. Dan geloven ze niet expliciet ergens in, maar leven ze wel met een diep vertrouwen in wie of wat hen tegemoetkomt.

Wat ik mis is dat we het zo weinig hebben over het bewust aanleren en inoefenen van deze levenshouding van vertrouwen. Blijkbaar is het gemakkelijker of verleidelijker om gehecht te raken aan overtuigingen, zowel dogmatische of morele. Het ego is verslaafd aan het gevoel beter te zijn of meer gelijk te hebben dan een ander. Dat geldt binnen de kerken net zozeer als daarbuiten. Zie alle gescheld op elkaar in de media en op sociale media.

Niet dat het onzin is om het te hebben over wat waar is en wat goed, integendeel. Maar dat kan alleen vruchtbaar zijn vanuit verbinding, niet als kille criticus op afstand. Ik kan van alles vinden van de kerk, van Nederland of van jou, lezer. Maar als ik vergeet dat ik lid van de kerk, inwoner van dit land en broeder van jou ben, gebeurt er niets dat opbouwt.

Is het je ooit opgevallen dat Jezus in de evangelieverhalen vooral de mensen met geloof prijst? Geloven geneest, heelt, breekt open, verzet bergen – zo zegt hij. ‘Ga’, je geloof heeft je gered’, zegt hij dan. Niet als conclusie van een ondervraging over of je wel de juiste dingen gelooft of braaf bent, maar als erkenning van een levenshouding.

Soms weet ik niet precies wat ik allemaal geloof. Alleen maar dat het zo is. Ik kan dan alles aan.

Ik hoop dat dat alsmaar erger wordt.

*

Deze tekst verscheen in oktober 2017 in de Dominicuskrant van de Dominicusgemeente Amsterdam.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *